In dit artikel
We laten u hier enkele voorbeelden zien van het gebruik van formules om financiële prognoses te automatiseren.
Zie ook de specifieke documentatie:
- Javascript formules in de Budgettabel
- Modellen met transacties waarin de kolommen Hoeveelheid en Formule gebruikt worden.
Parameters
Bij het budgetteren kan het handig zijn variabelen te definiëren die later gebruikt kunnen worden.
Het is nuttig om een parametersectie aan te maken met een datum van 1 januari, of met een andere datum die overeenkomt met de eerste dag van het budget. De parameters worden dan gebruikt in de volgende rijen.
// 30% costOfGoodsSold = 0.3 // 5% interestRateDebit = 0.05 // 2% interestRateCredit = 0.02 // 10 % latePaymentPercentage = 0.1
Op deze manier worden alle parameters die ingesteld kunnen worden, direct weergegeven. Als een parameter wordt veranderd wordt de prognose opnieuw berekend.
Herhalingen van bedragen per maand
Door de kolom "herhaling" te gebruiken kunt u met één boeking voor het hele jaar budgetteren.
Als het bedrijf echter seizoensgebonden activiteiten heeft wordt het aanbevolen een prognose per maand te maken. Voor iedere maand wordt een boeking gedaan met het bedrag voor die maand.
Als u automatisch prognoses wilt maken voor meerdere jaren is het handig om de herhaling "Y" in deze rij te gebruiken zodat de rij voor het jaar ook voor het volgende jaar wordt gebruikt.
Prijzen en verkoopaantallen
Bij het maken van een verkoopplanning is het makkelijker de bedragen in te voeren in de kolommen "hoeveelheid" en "prijs". Bijvoorbeeld, een restaurant kan het aantal maaltijden invoeren per dag, week of maand en het programma berekent automatisch het bedrag. Als het aantal maaltijden of de prijs wordt veranderd wordt de invloed op de liquiditeit en het jaarresultaat meteen weergegeven.
Gebruik van formules met variabelen voor groei
De formules worden uitgedrukt in de Javascript programmeertaal:
- De variabele moet gedefinieerd zijn voordat deze gebruikt wordt. Daarom moet de regel waarin de variabele gedefinieerd wordt een datum hebben voorafgaand aan de datum van de regel waarin de variabele gebruikt wordt.
- In getallen kunnen duizendtallen niet gescheiden worden door een scheidingsteken.
- De decimale punt is altijd de "." (Punt).
- Namen zijn verschillend voor hoofd- en kleine letters.
U kunt een waarde aan een variabele (waarvan de naam naar eigen inzicht gekozen kan worden) toekennen. In de volgende regels kan de waarde gebruikt worden door de naam van de variabele in te voeren.
Door de waarde, toegekend aan de variabele, te veranderen worden alle regels waarin de variabele wordt gebruikt automatisch aangepast.
Als voorbeeld, u kunt het verwachte bedrag van de verkopen voor de volgende maanden berekenen door een formule te gebruiken om het bedrag te verhogen.
- Maak een "S" (verkopen) variabele aan door de volgende tekst in de kolom Formule te typen.
Sales=1000
De waarde 1000.00 wordt weergegeven in de kolom Bedrag - In de volgende regels gebruikt u de variabele door de naam ervan gewoon in de kolom Formule in te voeren:
Sales
De waarde 1000.00 wordt weergegeven in de kolom Bedrag - U kunt 10% bij het bedrag optellen (door het te vermenigvuldigen met 1.1)
Sales*1.1
De waarde 1100.00 wordt weergegeven in de kolom Bedrag (De waarde van de variabele Sales verandert niet) - U kunt de waarde van S verhogen
Sales=Sales+200
De waarde 1200.00 wordt weergegeven in de kolom Bedrag (De waarde van de variabele Sales verandert nu wel) - Als de variabele wordt gebruikt in de volgende regel wordt er een nieuwe berekening gedaan
Sales
De waarde 1200.00 wordt weergegeven in de kolom Bedrag
U kunt ook een variabele definiëren om het groeipercentage vast te leggen.
- Percentage=1.1
- Amount=200
- In formules kunt u de naam van de variabele gebruiken in plaats van het getal
- Sales*Percentage
- Sales=Sales+Amount
Variabelen en herhalingen
Laten we zeggen dat u verwacht dat de omzet elke maand 5% stijgt.
- Voer twee regels in waarin u waardes toekent aan variabelen, zonder enige rekening toe te voegen, maar met de begindatum van het jaar.
Sales=1000
Increment=5 - Maak dan een regel aan met de herhaling per maand waarin u de rekeningen toevoegt en de formule:
Sales=Sales*(1+Increment/100)
Iedere keer als de rij wordt herhaald wordt de waarde van de variabele Sales met 5% verhoogd en als gevolg daarvan ook het bedrag van de transactie. Door eenvoudigweg het groeipercentage te veranderen wordt de prognose opnieuw berekend.
In een regel kunt u ook meerder Javascript instructies plaatsen, gescheiden door een puntkomma ";"
Sales=1000; P=5
Gebruik van budget functies
Er zijn functies waarmee u de saldi en mutaties van de rekeningen kunt benaderen voor het budgetteren tot aan de regel die wordt berekent. U kunt een formule invoeren die met de budgetTotal functie de waarde van de rekening "SALES" van de vorige maand ophaalt.
credit( budgetTotal("SALES", "MP") )
De functie budgetTotal heeft rekeningnummers en periodes als argumenten. Een afkorting kan worden gebruikt in plaats van de periode.
- MP betekent vorige maand.
- QP betekent vorig kwartaal.
Inkomsten worden getoond in credit, daardoor is de waarde teruggegeven door de functie negatief en wordt niet geaccepteerd als een bedrag in het dubbel boekhouden.
Gebruik daarvoor de functie credit() die de negatieve waarde gebruikt en deze omzet naar een positief bedrag.
Variabelen voor maandelijkse verkopen
Verkopen kunnen iedere maand variëren. In dat geval is het nuttig aparte boekingen te gebruiken voor iedere maand met de variabele naam.
sales_01 = 1000 cost_01 = sales_01 * costOfGoodsSold sales_01 = 1100
Uitgestelde betalingen
Als u een heel erg nauwkeurig liquiditeitsplan wilt is het handig om de verkopen die direct betaald worden te scheiden van de verkopen die later betaald worden.
Een benadering kan zijn om alle verkopen te boeken alsof deze contant betaald worden door de waarde van de maandvariabele toe te kennen aan het bedrag.
sales_01 = 1000
Voer dan een boeking in die de verkopen omkeert die uitgesteld zijn door het bedrag te berekenen met de formule.
sales_01 * latePaymentPercentage
Voor de volgende maand wordt dan een betalingsboeking met dezelfde formule ingevoerd.
Verkoopkosten
Er zijn kosten die betrekking hebben op verkopen (kosten van goederen) of andere kosten (sociale premies met betrekking tot lonen).
Kosten berekening met variabelen
Als de verkopen worden gedefinieerd met variabelen kunnen de verkoopkosten ook aangegeven worden als een percentage van de verkopen.
- U kunt variabele S definiëren voor de verkopen en variabele C voor het percentage van de kosten.
Sales=1000
Cost=60 - De formule voor de berekening is:
Sales*Cost/100
U kunt deze benadering ook gebruiken om sociale lasten te berekenen.
Deze formule kan eventueel in een herhalingsregel worden ingevoerd.
Verkoopkosten berekening met budgetfuncties
Als de kosten betrekking hebben op verkopen kunnen de budgetformules ook worden gebruikt.
credit( budgetTotal("SALES", "MC") )*60/100
De afkorting "MC" staat voor de huidige maand.
Deze formule geeft de waarde van de verkopen van de huidige maand terug, maakt er een positief bedrag van en vermenigvuldigd dit met 60 gedeeld door 100.
De datum van de regel met de formule moet natuurlijk wel later zijn dan de data van de verkoopboekingen.
De formule kan worden gebruikt in een herhalingsrij waarbij de laatste datum van de maand ingevoerd wordt. Daardoor worden de verkoopkosten automatisch berekend gebaseerd op de verkopen die bij de transacties zijn ingevoerd.
De formule kan met variabelen worden gecombineerd.
- Definieer aan het begin van het jaar het percentage van de kosten.
Cost=60 - Daarvoor wordt de variabele Costs gebruikt.
credit( budgetTotal("SALES", "MC") )*Cost/100
Wanneer u het bijdragepercentage of een eventuele verkoop wijzigt, wordt het budget automatisch bijgewerkt.
Berekening van de verkoopcommissies aan het einde van het jaar
Aan het einde van het jaar berekent u de commissies van 5% op de totale netto verkopen met deze formule:
credit( budgetTotal("SALES", "YC") )*5/100
De functie bugetTotal() geeft de verandering van de verkopenrekening voor de periode van het huidige jaar, "YC". Met de functie credit() wordt het bedrag positief gemaakt. Daarna wordt het vermenigvuldigd met 5 en gedeeld door 100.
Wanneer u prognoses maakt voor meerdere jaren, denk er dan aan de herhalingsopdracht "Y" in de regel te zetten, zodat de formule ook wordt berekend voor het vorige jaar. Zoals eerder aangegeven kunt u in plaats van de 5 direct in de formule te gebruiken daar ook een variabele invoeren.
- Commission=5
- credit( budgetTotal("SALES", "YC") )*Commission/100
Als het percentage van het ene op het andere jaar verandert is het voldoende een transactie in te voeren met de datum van volgend jaar die de variabele voor de commissies aanpast.
Inflatie met variabelen
Als u voor meerdere jaren wilt budgetteren kunt u ook de inflatie meerekenen.
- Ken aan het begin van de budgettering basisvariabelen toe voor prijzen en inflatie (2%).
Base=1;Inflation=2 - Als u de Sales variabele gebruikt vermenigvuldigt u deze met het inflatiepercentage
Sales=Sales*Base - Aan het begin van het volgende jaar, met de jaarlijkse herhaling, verhoogt u de basisprijs
Base=Base+Base*Inflation/100
Berekening afschrijvingen
Dankzij formules kan de berekening van afschrijvingen worden geautomatiseerd.
Als u de bedragen van de geplande investeringen veranderd wordt de afschrijving automatisch opnieuw berekend. Zorg ervoor dat de datum van de regel met de afschrijvingsberekening een datum heeft die later is dan de datum van de investeringen. De datum is over het algemeen 31 december.
Afschrijvingsberekening op boekwaarde
Om de afschrijving op de rekening "EQUIPMENT" te berekenen voegt u een regel aan het eind van het jaar toe met de volgende formule en de debet en credit rekening de juiste manier opgezet om de afschrijving te boeken.
budgetBalance("EQUIPMENT")*20/100
De functie budgetBalance() geeft het saldo tot op de datum. De afschrijving van 20% wordt dan hierop berekend.
Gebruik de debit() functie als u denkt dat de activa rekening naar credit kan gaan.
debit(budgetBalance("EQUIPMENT"))*20/100
Berekening van de afschrijving op de beginwaarde
Om de beginwaarde van de investeringen te berekenen is het nodig variabelen te gebruiken om de waarde ervan vast te leggen.
Equipment=10000
Als de afschrijving wordt gespreid over 5 jaar wordt de formule ingevoerd in de einde-jaar afschrijvingsregel.
Equipment=10000/5
De jaarlijkse herhaling "Y" en de einddatum, die overeenkomt met de datum van de laatste termijn van de afschrijving, worden ingevoerd in de rij van deze formule om te voorkomen dat de afschrijving oneindig lang doorgaat.
Voor iedere investering moet u een variabele aanmaken en een specifieke rij voor de afschrijving. In namen van variabelen kunnen getallen gebruikt worden.
Equipment1=10000
Equipment2=5000
Renteberekening
Met de functie budgetInterest( account, interest, startDate, endDate) kunt u automatisch rente berekenen gebaseerd op het werkelijk gebruik van een rekening.
De parameters zijn:
- Account
Waarvan de mutaties worden gebruikt om de rente te berekenen, in het geval van de bankrekening of de lening. - Interest
Het rentepercentage in procenten.
Als de waarde positief is wordt de rente op de debetsaldi berekend.
Als de waarde negatief is wordt de rente op de creditsaldi berekend. - Begin datum, mag ook een afkorting zijn.
- Eind datum, mag ook een afkorting zijn.
- De teruggegeven waarde is de rente berekend voor 365/365 dagen.
Rentekosten op de bankrekening
Om de rentekosten voor 5% te berekenen voert u een regel in met de einddatum van het kwartaal en de herhaling "3ME" die de formule bevat:
budgetInterest( "Bank", -5, "QC")
Het rentepercentage is negatief omdat "QC" het huidige kwartaal betekent. De debet en credit rekeningen moeten de gebruikelijke zijn voor het boeken van rentekosten. Als de rente daalt wordt het bankrekeningsaldo ook gebruikt bij de boeking. Echter een andere rekening kan worden gebruikt als dit met een andere rekening betaald wordt.
Het is belangrijk dat de "3ME" herhaling wordt gebruikt zodat de gebruikte datum altijd de laatste van het kwartaal is.
Om de rente per maand te berekenen gebruikt u de afkorting "MC".
budgetInterest( "Bank", -5, "MC")
Rente op de bankrekening
Gebruik een positieve rente voor renteinkomsten van 2%.
budgetInterest( "Bank", 2, "QC")
Rente op leningen met een vaste looptijd
Voor leningen met een vaste looptijd wordt de rente berekend en geboekt op een specifieke datum.
- Maak een aparte rekening aan voor iedere lening.
Gebruik de budgetInterest functie en geef precies de begin- en einddata aan. Als de datum wordt aangegeven als tekst moet de notatie "jjjj-mm-dd" worden gebruikt, bijvoorbeeld "2022-12-31". - Gebruik variabelen.
Zoals uitgelegd voor afschrijvingen kan het leenbedrag worden toegekend aan een variabele. De renteberekening wordt gedaan met een Javascript berekeningsformule,- Definieer de lening variabele
Loan=1000 - 5% interest berekening, voor 120 dagen.
Loan*5/100*120/365
- Definieer de lening variabele
Winstbelasting berekening
Winst is de totale ontwikkeling van de groepswinst over de periode.
Om een winstbelasting van 10% te berekenen gebruikt u de volgende formule.
credit(budgetTotal("Gr=Result","MC"))*10/100
- Gebruik als budgetTotal functie account parameter "Gr = Result" wat aangeeft dat alle mutaties van een groep in plaats van een rekening worden berekend.
- MC, huidige maand wordt aangegeven als periode.
- De budgetTotal functie geeft een positieve waarde terug als er een verlies is en een negatieve (credit) als er winst is.
- De credit functie accepteert alleen negatieve waarden daardoor is de belasting nul als er een verlies is.
Betalingen met uitgestelde of andere termijnen
Voor uitgestelde betalingen of betalingen met verschillende termijnen kunt u op twee manieren te werk gaan:
- Gebruik variabelen waaraan te betalen bedragen moeten worden toegekend.
Gebruik de betreffende variabele bij het boeken van de betaling. - Maak klant- of leveranciersrekeningen aan voor verschillende betalingstermijnen.
Andere gevallen
Vertel ons alstublieft over uw andere wensen zodat we meer voorbeelden kunnen toevoegen.