In dit artikel
U kunt de lijst met sneltoetsen ook direct raadplegen door vanuit het programma het commando Sneltoetsen te kiezen van het menu Help.
Windows sneltoetsen
Boekhoudtoetsen | Beschrijving |
F9 | Voer een eenvoudige controle uit. |
Shift+F9 | Voer een algehele controle uit. |
F6 | Deze sleutel voert verschillende functies uit afhankelijk van de kolom die de gebruiker bewerkt. De functies worden toegelicht in het informatievenster. |
Alt+ Klikken met linkermuisknop | De rekeningkaart of de tabel Rijen ophalen tonen wanneer men op een rekeningnummer klikt. |
. (Punt) | In een datum-kolom, voer de huidige datum in. |
Bewerkingstoetsen | Beschrijving |
Enter, Tab | Ingetoetste tekst bevestigen en één cel verder gaan. |
Alt+Enter | Ingetoetste tekst bevestigen en één rij verder gaan. |
Shift+Tab | Ingetoetste tekst bevestigen en terugkeren naar de vorige cel. |
F2 | Cel-inhoud bewerken. |
Dubbele klik | Cel-inhoud bewerken. Onder de programmaopties, kunt u aangeven dat de cel-inhoud met een enkele klik bewerkt kan worden. |
Backspace, Spatie | De inhoud van de huidige cel verwijderen en de inhoud bewerken. |
Backspace | Het voorgaande letterteken verwijderen. |
Delete | De volgende lettertekens verwijderen. |
Ctrl+C | Geselecteerde tekst of cellen kopiëren. |
Ctrl+V | Geselecteerde tekst of cellen plakken. |
Delete | Inhoud van de selectie verwijderen. |
niet toegewezen | Verwijder tekst vanaf de cursor naar het einde van de cel. |
F4 | Kopieer de vorige cel van dezelfde kolom. |
Shift+F4 | Kopieer de vorige cel van dezelfde kolom en ga één cel vooruit. |
Ctrl+Shift+C | Geselecteerde rijen kopiëren. |
Ctrl+Shift+V | Gekopieerde rjien invoegen. |
Ctrl+- | Geselecteerde rijen verwijderen. |
Ctrl+D | Geselecteerde rijen dupliceren |
Ctrl++ | Rijen invoegen voor de positie van de cursor. |
Ctrl+Enter, Ctrl+Return | Voeg één rij toe onder de positie van de cursor. |
Verplaatstoetsen | Beschrijving |
Links | Schuif naar links. |
Rechts | Schuif naar rechts. |
Omhoog | Schuif naar boven. |
Omlaag | Schuif naar beneden. |
PgUp | Schuif één scherm-pagina naar boven. |
PgDown | Schuif één scherm-pagina naar beneden. |
Home | Schuif naar het begin van de rij. |
Einde | Schuif naar het eind van de rij. |
Ctrl+Home | Schuif naar de linker bovenhoek van de tabel. |
Ctrl+Einde | Schuif naar de rechter onderhoek van de tabel. |
Ctrl+Links | Schuif naar boven naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
Alt:Omhoog | Rijen naar boven verplaatsen |
Alt+Omlaag | Rijen naar beneden verplaatsen |
Ctrl+Rechts | Schuif naar rechts naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
Ctrl+Omhoog | Schuif naar boven naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
Ctrl+Omlaag | Schuif naar beneden naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
Alt+PgDown | Volgende weergave. |
Alt+PgUp | Vorige weergave. |
Ctrl+PgDown | Volgende tabel. |
Ctrl+PgUp | Vorige tabel. |
Ctrl+Tab | Volgend venster. |
Ctrl+Shift+Backtab | Vorig venster. |
F5 | Ga naar de gewenste rij door het intoetsen van het rijnummer in het actieve venster. |
Shift+F5 | Naar oorspronkelijke rij gaan. |
Selectietoetsen | Beschrijving |
Shift+PgUp | Selecteer kolom zich verplaatsend naar boven, pagina per pagina. |
Shift+PgDown | Selecteer kolom zich verplaatsend naar beneden, pagina per pagina. |
Shift+Links | Selecteer rij aan de linkerkant. |
Shift+Rechts | Selecteer rij aan de rechterkant. |
Shift+Omhoog | Bovenste kolom selecteren. |
Shift+Omlaag | Onderste kolom selecteren. |
Shift+Home | Terug naar het begin van de rij selecteren. |
Shift+Einde | Vooruit tot einde van rij selecteren. |
Ctrl+Shift+Home | Terug naar top van tabel selecteren. |
Ctrl+Shift+Einde | Vooruit naar het einde van tabel selecteren. |
Ctrl+A | Gehele tabel selecteren. |
Andere toetsen | Beschrijving |
Ctrl+F4 | Sluit het actieve venster. |
niet toegewezen | Programma afsluiten. |
Ctrl+N | Nieuw bestand. |
Ctrl+S | Opslaan. |
Ctrl+O | Openen. |
Ctrl+P | Afdrukken. |
Esc | Bewerking annuleren. |
Ctrl+Z | Bewerking ongedaan maken. |
Ctrl+Y | Bewerking opnieuw uitvoeren. |
Ctrl+F | Zoeken. |
F3 | Volgende zoeken. |
Ctrl+B | Vette tekst. |
Ctrl+I | Tekst cursief weergeven. |
F1 | Help weergeven. |
Multimediatoetsenbord | Wordt uitgevoerd door |
Functietoets (bijv. F6) | Druk op de fn-toets, alsmede de bijbehorende functietoets (bijv. Fn + F6). |
Mac sneltoetsen
Sneltoetsen op Apple computers zijn iets anders dan Windows sneltoetsen. Het belangrijkste verschil is dat er in plaats van de Crtrl-toets op het Mac-toetsenbord de Command-toets is. Je vindt de volledige lijst onder Help → Sneltoetsen.
Boekhoudtoetsen | Beschrijving |
⌘9 | Voer een eenvoudige controle uit. |
⇧⌘9 | Voer een algehele controle uit. |
⌘6 | Deze sleutel voert verschillende functies uit afhankelijk van de kolom die de gebruiker bewerkt. De functies worden toegelicht in het informatievenster. |
⌥ Klikken met linkermuisknop | De rekeningkaart of de tabel Rijen ophalen tonen wanneer men op een rekeningnummer klikt. |
. (Punt) | In een datum-kolom, voer de huidige datum in. |
Bewerkingstoetsen | Beschrijving |
⌤, ⇥ | Ingetoetste tekst bevestigen en één cel verder gaan. |
⌥⌤ | Ingetoetste tekst bevestigen en één rij verder gaan. |
⇧⇥ | Ingetoetste tekst bevestigen en terugkeren naar de vorige cel. |
⌘2 | Cel-inhoud bewerken. |
Dubbele klik | Cel-inhoud bewerken. Onder de programmaopties, kunt u aangeven dat de cel-inhoud met een enkele klik bewerkt kan worden. |
⌫, Spatiebalk | De inhoud van de huidige cel verwijderen en de inhoud bewerken. |
⌫ | Het voorgaande letterteken verwijderen. |
⌦ | De volgende lettertekens verwijderen. |
⌘C | Geselecteerde tekst of cellen kopiëren. |
⌘V | Geselecteerde tekst of cellen plakken. |
⌦ | Inhoud van de selectie verwijderen. |
niet toegewezen | Verwijder tekst vanaf de cursor naar het einde van de cel. |
⌘4 | Kopieer de vorige cel van dezelfde kolom. |
⇧⌘4 | Kopieer de vorige cel van dezelfde kolom en ga één cel vooruit. |
⇧⌘C | Geselecteerde rijen kopiëren. |
⇧⌘V | Gekopieerde rjien invoegen. |
⌘- | Geselecteerde rijen verwijderen. |
⌘D | Geselecteerde rijen dupliceren. |
⌘+ | Rijen invoegen voor de positie van de cursor. |
⌘⌤, ⌘↵ | Voeg één rij toe onder de positie van de cursor. |
Verplaatstoetsen | Beschrijving |
← | Schuif naar links. |
→ | Schuif naar rechts. |
↑ | Schuif naar boven. |
↓ | Schuif naar beneden. |
⇞ | Schuif één scherm-pagina naar boven. |
⇟ | Schuif één scherm-pagina naar beneden. |
↖ | Schuif naar het begin van de rij. |
↘ | Schuif naar het eind van de rij. |
⌘↖ | Schuif naar de linker bovenhoek van de tabel. |
⌘↘ | Schuif naar de rechter onderhoek van de tabel. |
⌥← | Schuif naar boven naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
⌥→ | Schuif naar rechts naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
⌥↑ | Rijen naar boven verplaatsen. |
⌥↓ | Rijen naar beneden verplaatsen. |
⌥← | De cursor naar de vorige cursorpositie verplaatsen. |
⌥→ | De cursor naar de volgende cursorpositie verplaatsen. |
⌘↑ | Schuif naar boven naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
⌘↓ | Schuif naar beneden naar de rand van het huidige gegevensgebied. |
⌥⇟ | Volgende weergave. |
⌥⇞ | Vorige weergave. |
⌘⇟ | Volgende tabel. |
⌘⇞ | Vorige tabel. |
⌘} | Volgend venster. |
⌘{ | Vorig venster. |
⌘5 | Ga naar de gewenste rij door het intoetsen van het rijnummer in het actieve venster. |
⇧⌘5 | Naar oorspronkelijke rij gaan. |
Selectietoetsen | Beschrijving |
⇧⇞ | Selecteer kolom zich verplaatsend naar boven, pagina per pagina. |
⇧⇟ | Selecteer kolom zich verplaatsend naar beneden, pagina per pagina. |
⇧← | Selecteer rij aan de linkerkant. |
⇧→ | Selecteer rij aan de rechterkant. |
⇧↑ | Bovenste kolom selecteren. |
⇧↓ | Onderste kolom selecteren. |
⇧↖ | Terug naar het begin van de rij selecteren. |
⇧↘ | Vooruit tot einde van rij selecteren. |
⇧⌘↖ | Terug naar top van tabel selecteren. |
⇧⌘↘ | Vooruit naar het einde van tabel selecteren. |
⌘A | Gehele tabel selecteren. |
Andere toetsen | Beschrijving |
⌘W | Sluit het actieve venster. |
⌘Q | Programma afsluiten. |
⌘N | Nieuw bestand. |
⌘S | Opslaan. |
⌘O | Openen. |
⌘P | Afdrukken. |
⎋ | Bewerking annuleren. |
⌘Z | Bewerking ongedaan maken. |
⇧⌘Z | Bewerking opnieuw uitvoeren. |
⌘F | Zoeken. |
⌘G | Volgende zoeken. |
⇧⌘G | Vorige zoeken. |
⌘B | Vette tekst. |
⌘I | Tekst cursief weergeven. |
⌘? | Help weergeven. |
⌘3 | Screenshot van huidig dialoogvenster of tabel opslaan. |
MacBook toetsenbord | Wordt uitgevoerd door |
⌦ | fn⌫ |
↖ | fn← |
↘ | fn→ |
⇞ | fn↑ |
⇟ | fn↓ |
⌘↖ | fn⌘↖ |
⌘↘ | fn⌘↘ |